INHOUDSTAFEL | LEZINGEN VAN VANDAAG

LECTIONARIUM

van de

TRIDENTIJNSE MIS

Allerzielen, tweede Mis

Het tweede boek Makkabeeën 12:43-46 Vervolgens liet hij onder de soldaten een collecte houden, die tweeduizend drachmen opbracht. Hij zond het geld naar Jerusalem, om een offer voor de zonde te laten opdragen. Dit was een zeer goede en edele daad, daar hij aan de verrijzenis dacht. Want als hij niet had verwacht, dat de gesneuvelden zouden verrijzen, dan zou het nutteloos en dwaas zijn geweest, voor de doden te bidden. Bovendien overwoog hij, dat hun, die godvruchtig zijn ontslapen, een heerlijke beloning te wachten staat. Inderdaad, een heilige en vrome gedachte! Daarom liet hij voor de doden een zoenoffer opdragen, opdat zij van hun zonde zouden worden verlost.

Het Evangelie volgens Johannes 6:37-40 Al wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen; en wie tot Mij komt, zal Ik niet buiten werpen. Want Ik ben uit de hemel neergedaald, niet om mijn eigen wil te doen, maar de wil van Hem, die Mij heeft gezonden. Welnu, dit is de wil van Hem, die Mij heeft gezonden, dat Ik niets verloren laat gaan van wat Hij Mij heeft gegeven, maar dat Ik het op de jongste dag doe verrijzen. Dit is de wil van den Vader, die Mij gezonden heeft, dat wie den Zoon aanschouwt en in Hem gelooft, het eeuwige leven heeft, en dat Ik hem op de jongste dag zal doen verrijzen.