INHOUDSTAFEL | LEZINGEN VAN VANDAAG

LECTIONARIUM

van de

TRIDENTIJNSE MIS

Donderdag in de eerste week van de Vasten

Ezechiël 18:1-9 Het woord van Jahweh werd tot mij gericht: Hoe komt ge er toe, bij u op Israëls grond dit puntdicht aan te halen: “De vaderen eten zure druiven, maar de kinderen krijgen er stroeve tanden van”? Zowaar Ik leef, zegt Jahweh, de Heer: laat niemand van u dit spotwoord nog ooit in Israël gebruiken! Zie, alle mensen zijn voor Mij gelijk, vader en zoon zijn voor Mij gelijk; alleen de mens die zondigt, zal sterven! Gesteld, dat iemand een rechtvaardige is: hij handelt naar wet en recht; op de bergen houdt hij geen offermaal, naar de schandgoden van Israëls huis slaat hij zijn ogen niet op; hij onteert de vrouw van zijn medemens niet, hij heeft geen gemeenschap met een vrouw in haar stonden; hij zet niemand af, het onderpand, dat men hem afstond, geeft hij eerlijk terug; hij eigent zich andermans goed niet toe, deelt zijn voedsel met den hongerige en verschaft den naakte kleding; hij leent niet uit op woekerrente, en eist geen toeslag; hij onthoudt zich van onrecht, en doet eerlijk uitspraak tussen twee partijen; hij leeft naar mijn voorschriften, en onderhoudt stipt mijn geboden: zo iemand is rechtvaardig; hij zal zeker in leven blijven, zegt Jahweh, de Heer.

Het Evangelie volgens Matteüs 15:21-28 Toen vertrok Jesus van daar, en begaf zich naar de streek van Tyrus en Sidon. En zie, een kanaänietische vrouw, afkomstig uit die streek, riep Hem toe: Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David; mijn dochter wordt vreselijk door den duivel gekweld. Hij gaf haar geen antwoord. En zijn leerlingen kwamen, en verzochten Hem: Stel haar tevreden; want ze roept ons achterna. Hij antwoordde: Alleen tot de verloren schapen van het huis van Israël ben Ik gezonden. Maar ze kwam naar Hem toe, wierp zich voor Hem neer, en zeide: Heer, help mij. Hij gaf haar ten antwoord: Het is niet goed, het brood der kinderen te nemen, en het voor de hondjes te werpen. Maar ze zeide: Ja wel, Heer; ook de hondjes eten toch van de kruimels, die van de tafel hunner meesters vallen. Toen antwoordde Jesus: O vrouw, groot is uw geloof; u geschiede, zoals ge verlangt. Van dat ogenblik af was haar dochter genezen.