INHOUDSTAFEL | LEZINGEN VAN VANDAAG

LECTIONARIUM

van de

TRIDENTIJNSE MIS

Heilig Hart van Jezus

De brief aan de Efeziërs 3:8-12,14-19 Aan mij, den geringste van alle heiligen, is deze genade geschonken: aan de heidenen de ondoorgrondelijke rijkdom van Christus te verkondigen, en het Bestel te doen zien van het heilsgeheim, dat van eeuwigheid verborgen was in God, den Schepper aller dingen; opdat thans door middel van de Kerk de veelzijdige Wijsheid van God bekend zou worden gemaakt aan de hemelse heerschappijen en machten. En dit is geschied volgens de eeuwige voorbeschikking, die Hij ten uitvoer heeft gebracht in Christus Jesus onzen Heer. In Hem naderen we door het geloof in Hem, vrijmoedig en vol vertrouwen tot God. En daarom buig ik mijn knieën voor den Vader, van wien alle geslachten in de hemel en op de aarde hun naam hebben ontvangen: dat Hij naar de rijkdom zijner glorie u moge verlenen, krachtig naar den inwendigen mens te worden gesterkt door zijn Geest; dat Hij Christus in uw harten doe wonen door het geloof; dat gij geworteld moogt blijven en gegrondvest in liefde. Dan zult gij tezamen met alle heiligen u een denkbeeld kunnen vormen van de breedte en lengte, de hoogte en diepte; en de liefde van Christus leren beseffen, die alle begrip te boven gaat; dan zult gij vervuld worden van de ganse volheid van God.

Het Evangelie volgens Johannes 19:31-37 Daar het daags voor het paasfeest was, en er op de sabbat geen lijken aan het kruis mochten blijven, (het was nog wel een grote sabbat,) verzochten de Joden aan Pilatus, dat men hun de benen zou breken, en hen afnemen. Daarom kwamen de soldaten en braken de benen van den eerste, die met Hem was gekruisigd, daarna die van den tweede. Toen ze bij Jesus waren gekomen en zagen, dat Hij reeds was gestorven, braken ze Hem de benen niet. Maar een der soldaten doorboorde met een lans zijn zijde; en aanstonds vloeide er bloed uit en water. En hij, die het gezien heeft, legt er getuigenis van af, opdat ook gij geloven moogt. Zijn getuigenis is waarachtig; ook Hij weet, dat hij de waarheid zegt. Want dit is geschied, opdat de Schrift zou worden vervuld: “Geen been zal Hem verbrijzeld worden”. En weer een ander Schriftwoord zegt: “Ze zullen opzien tot Hem, dien ze hebben doorboord”.