INHOUDSTAFEL | LEZINGEN VAN VANDAAG

LECTIONARIUM

van de

TRIDENTIJNSE MIS

Kerstdag: dageraadsmis

De brief aan Titus 3:4-7 Maar toen de goedertierenheid en mensenliefde van God onzen Zaligmaker zich had geopenbaard, toen heeft Hij ons verlost, niet op grond van gerechte werken, die we hadden gedaan, doch op grond van zijn eigen barmhartigheid, door het bad van wedergeboorte en door de vernieuwing van den heiligen Geest. Overvloedig heeft Hij dien over ons uitgestort door Jesus Christus onzen Verlosser, opdat wij, door zijn genáde gerechtvaardigd, door de hóóp erfgenamen zouden worden van het eeuwige leven.

Het Evangelie volgens Lucas 2:15-20 Toen de engelen weer naar de hemel waren gevaren, spraken de herders tot elkander: Laten we naar Bétlehem gaan, om te zien wat er gebeurd is, en wat de Heer ons bekend heeft gemaakt. Ze snelden er heen, en vonden Maria en Josef met het Kindje, dat in de kribbe lag. Toen ze Het zagen, verhaalden ze, wat hun over dit Kind was gezegd. Allen, die het hoorden, stonden verbaasd over het verhaal van de herders; maar Maria bewaarde dit alles in haar hart, en overwoog het bij zichzelf. Nu keerden de herders weer terug; ze loofden God, en zongen Hem lof, om al wat ze hadden gehoord en gezien, juist zoals het hun was gezegd.