INHOUDSTAFEL | LEZINGEN VAN VANDAAG

LECTIONARIUM

van de

TRIDENTIJNSE MIS

Kruisverheffing

De brief aan de Filippenzen 2:5-11 L at dezelfde gezindheid onder u heersen, als ook in Christus Jesus was. Want hoewel Hij Gods gestalte bezat en zijn gelijkheid met God geen roof hoefde achten, heeft Hij toch er Zich van ontdaan, door de gestalte aan te nemen van een slaaf en gelijk te worden aan de mensen. En toen Hij uiterlijk als een mens werd bevonden, heeft Hij Zich nog vernederd, door gehoorzaam te worden tot de dood, ja, tot de dood van het kruis. Maar daarom dan ook heeft God Hem verheven en Hem de Naam gegeven hoog boven alle namen, opdat in de Naam van Jesus iedere knie zich zou buigen in de hemel, op aarde en onder de aarde, en iedere tong zou belijden tot glorie van God den Vader, dat Jesus Christus de Heer is.

Het Evangelie volgens Johannes 12:31-36 Nu wordt het oordeel over deze wereld voltrokken; nu zal de vorst dezer wereld worden buitengeworpen. En wanneer Ik van de aarde omhoog ben geheven, zal Ik allen tot Mij trekken. Dit zeide Hij, om te kennen te geven, wat voor dood Hij zou sterven. De menigte antwoordde Hem: We hebben uit de Wet vernomen, dat de Christus in eeuwigheid blijft; en hoe zegt Gij dan, dat de Mensenzoon omhoog geheven moet worden? Wie is die Mensenzoon? Jesus sprak tot hen: Nog een korte tijd is het licht in uw midden. Wandelt, zolang gij het licht hebt, opdat de duisternis u niet verrast; wie in de duisternis wandelt, weet niet, waar hij heengaat. Zolang gij het licht hebt, gelooft in het licht, om kinderen des lichts te worden. Zo sprak Jesus; toen ging Hij heen, en verborg Zich voor hen.